Het motel in Lillooet bood geen ontbijt, vandaar dat 
			ik bij A&W 
			in het dorp een portie French toast en koffie nam. French toast is 
			hier de naam voor wentelteefjes en niet voor 'gewoon' geroosterd 
			brood, een eigenaardigheid waar je gewoon weer eens in moet trappen 
			om je te herinneren hoe het ook weer zat met die toast.
			
			
Daarna 
			vervolgde ik mijn weg over 99 North, richting Cache Creek. Het 
			landschap is hier uitgesproken droog. Er groeit hetzelfde als aan de 
			Colombia River in Washington: wat verdroogd gras en vetplantachtige 
			struikjes. Op de boerderijen, die flink bevloeid worden, groeit gras 
			en ginseng, onder zwart zeildoek. Er zou ook vee moeten lopen, maar 
			dat heb ik niet gezien.
			Het landschap is zo droog omdat het in de regenschaduw van de Costal 
			Mountains ligt: regenbuien vanaf de Oceaan laten hun water vallen op 
			de westelijke hellingen van de bergen, waardoor er aan de achterkant 
			(oostkant) van de bergen geen of bijna geen regen valt.
			Cache Creek is nog een behoorlijk eind rijden vanaf 
			Lillooet en steeds is het landschap Savanne-achtig en droog. 
			Merkwaardig land is dit: als je stevig doorrijdt, kun je binnen 12 
			uur de Grote Oceaan, Hooggebergte met sneeuw en een semi-woestijn 
			landschap met Mediterrane temperaturen bewonderen...
			Bij 
			Cache Creek, dat bestaat uit een verzameling 
			motels, tankstations en wegrestaurants houdt weg 99 op. Je komt dan 
			automatisch op Highway 1 terecht, de snelweg die ook door Vancouver 
			loopt. Stel jezelf bij snelweg in deze omgeving geen vier- of 
			zesbaansweg voor, Hwy 1 bestaat hier slechts uit twee banen. 
			Desondanks wordt 
			er stevig doorgereden, ook door de truckers.
			Ik reed oost, richting Kamloops, door het nog steeds droge 
			landschap. Toch was het afwisselend en mooi. 
			
En de trein 
			was nooit ver uit de buurt. Waar al die 
			goederen heen moeten, was mij niet duidelijk, maar ze reden hier 
			met enorm lange treinen (meer dan 120 wagons) heen en weer. Twee locomotieven ervoor, vaak een locomotief achteraan en daartussen 
			allerlei wagons met diverse goederen. Veel hout, ongezaagd, maar ook 
			gezaagd en ingepakt in plastic folie, andere wagons hadden een 
			onduidelijke inhoud. Containers vervoerden ze ook per spoor, op lange 
			platte wagens waarop ze er twee op elkaar zetten, net als in de VS.
			Kamloops is een flinke stad in een dal, waar verder 
			niet veel te beleven valt. Het schijnt een plaats te zijn, waar veel 
			slachthuizen staan. De weg gaat daarna verder naar Salmon Arms en 
			Revelstoke. Het landschap wordt van lieverlee groener: omdat het 
			verder van de bergen afligt, regent het hier vaker. Maar vandaag 
			regende het niet. Ook nu was het stralend weer met slechts enkele 
			hoge wolken in een helderblauwe lucht.
			Het is verbazend dat je zo lang in één richting 
			(hoofdzakelijk oost) onafgebroken door berglandschap kunt rijden. 
			Heel anders dan in de Alpen, waar je betrekkelijk snel overheen 
			bent. Hier kun je rustig meer dan twee dagen in dezelfde richting 
			steeds door de bergen rijden. 
			Vergelijken met de Alpen heeft sowieso niet veel zin. Alles is 
			ruimer, weidser en vooral ongerepter. De mens is hier nog niet 
			zolang aanwezig en dat is te zien.
			
			
Ik 
			bereikte Revelstoke, een spoorwegknooppunt aan de voet van Mt. 
			Revelstoke, een 
			Nationaal Park bestaande uit een weg van 26 km 
			lengte naar de top van de berg. Ik kocht een jaarpas voor de 
			Nationale Parken, want ik wilde nog meer parken bezoeken en dan heb 
			je zo'n jaarpas er snel uit. Op dit soort kleinere wegen zie je wel 
			volop haarspeldbochten en de weg klimt dan ook vrij steil omhoog. Er 
			zijn verschillende uitzichtpunten, waar de aandacht op diverse 
			aspecten van de omgeving wordt gevestigd. Bovenop de berg zijn 
			diverse korte wandelingen uitgezet. Helaas wemelde het er van 
			het ongedierte. Bescherming tegen muggen en andere insecten is hier 
			onmisbaar!
			Ook moet je oppassen voor beren, hoewel ik die niet gezien heb. Ik 
			liep wat rond en genoot van de verschillende vergezichten, waarna ik 
			op gemak terugreed naar beneden, om in Revelstoke een slaapplaats te 
			zoeken.
			Ik at een voortreffelijke Penne op een terrasje aan 
			de hoofdstraat, kocht een spuitbus muggenspray bij de plaatselijke 
			drugstore, boekte een kamer bij 
			Super 8, keek nog even naar de 
			passerende treinen en toen was het tijd voor nachtrust.
			
			
			 
			Afgelegde afstand vandaag: 285 mooie mijlen
			Afgelegde afstand totaal: 1506 mijl